Achtergrond van ‘Fluistering op de stilte’

Stilte boeide mij altijd al. De uitspraak van dichter Judith Herzberg ‘We kennen elkaar want we hebben samen gezwegen’ loopt altijd met mij mee. Het is heerlijk om samen stil te zijn, al bedoelde Herzberg dat natuurlijk anders. Is het niet fascinerend om een wandeling in de natuur in stilte te maken. Voor mij is Stilte, met een hoofdletter, een omstandigheid zonder ruimte en tijd, waar de fluistering op kan neerdalen. Je biedt ruimte en toegang waarna het wonder zich ontvouwt. Vanwaar die fluistering komt en hoe die je bereikt blijft ook voor mij een vraag. Misschien komt die fluistering van boven of van beneden, misschien wel vanuit een andere dimensie, vanuit een parallelle wereld. Misschien wel vanuit een bron die je in die Stilte toegang verschaft tot creatieve invallen.

Het was alweer zeven jaar geleden, de tweede helft van 2014 die ik gebruikte voor een intensieve research van mijn roman ‘Fluistering op de stilte’. In mei 2015 betrok ik een artist-in-residence ruimte in het bergdorp Callosa D’en Sarria in Spanje. De Costa Blanca kon ik vanaf het dakterras met gemak waarnemen. Gedurende een maand van isolatie ontstond in grove lijnen het plot.

‘Fluistering op de stilte’ werd bij veertig graden in de steigers gezet waarna een uitgebreid schaven en vijlen begon. Ik heb het boek bedoeld als studie-roman specifiek voor mensen die tegen een ‘creatief block’ aanlopen. Zoals jullie in de omschrijving van het boek kunnen lezen gaat het om een treinreis van een dag, van Groningen naar Maastricht en terug. Ik heb deze reis in z’n geheel kunnen maken en kon reflecteren op de gesprekken die ik eerder met diverse reisgenoten heb gevoerd. De tentoonstelling van Melanie Banajo heb ik tweemaal in het ‘Bonnefantenmuseum’ te Maastricht bezocht.
Het aanvankelijke manuscript bestond uit twee door elkaar lopende verhaallijnen. Een erudiete vriendin wees mij er op dat duidelijkheid en helderheid zou toenemen indien ik de twee verhalen zou loskoppelen, hetgeen ik heb gedaan. Zo ontstonden er drie Romans, deze dus en ‘Roomtroost op de Dikte’ en ‘Spinrag’. Na redigeren en taal correcties werd ‘Fluistering op de stilte’ gelanceerd.

 De alledaagse drukte en het multi-tasken was voor mij een reden om er een hele roman aan te wijden. Die drukte houdt ons af van werkelijke inspiratie. Daarom wilde ik een tegengeluid laten horen, hoe het menselijker kan, zonder steeds maar die hectiek. Ik beschrijf in deze roman hoe de hoofdpersoon Lisa bewust wordt in het ruimte bieden en hoe ze beter geïnspireerd kan worden. Simpel doordat stilte je ook ruimte geeft. Hierin spelen de drie aspecten een grote rol: vertrouwen, toewijding en overgave. Ook soberheid, schoonheid, harmonie, matiging en duurzaamheid komen in deze roman aan de orde.
Door de stijlvorm van roman is de filosofische insteek gemakkelijk leesbaar. Het verhaal neemt je mee op reis en ondertussen verbindt het enige filosofische waarheden aan actuele gebeurtenissen die Lisa en Sifir tegenkomen. Het wordt daardoor inpasbaar in het dagelijks leven van de creatieve geest. De illustraties, schema’s en literatuurverwijzingen kun je als een toegift zien die ook bijdragen tot meer helderheid hetgeen het onderwerp verdient.
Een interview op RTV-Drenthe en vele positieve reacties van lezers bevestigde mijn keuze van het uit elkaar halen van de verhaallijnen en dus ook het advies van verheldering.
Het viel mij op dat veel van mijn lezers de verwijzingen naar diverse boeken als indrukwekkend bestempelen, hetgeen ik eerder een zwakte bod van mijzelf vind. Maar dat zal dan wel weer de onzekerheid zijn die bij iedere schrijver en creatief persoon op de loer ligt.
‘Fluistering op de stilte’ is opgedragen aan Marion mijn docent aan de ‘School voor praktische filosofie’ in Groningen, inmiddels is zij betrokken bij eenzelfde school in Eindhoven. Zij leerde mij om voorafgaande en afsluitend bij het creatieve werkzaamheden een stilte meditatie te beoefenen. Dat heeft mij tot op heden geholpen om verbinding te krijgen met de kern van waaruit ik kan schrijven.

Personages en karakters

Verscheidene malen is mij gevraagd hoe ik toch aan de personages in mijn boeken kom. Bijvoorbeeld de vele karakters die een rol spelen in mijn roman Spinrag. Het schrijven van een roman is voor iedere auteur weer anders. Ik schrijf voortdurend en iedere dag. Schrijven zonder te weten of ik die proza ooit in een boek verwerk. Wanneer het plot helder is, volgt meestal de uitwerking van karakters en een selectie van situaties waarin ze terecht komen. De karakters zijn voor mij altijd personages die ik in het verleden heb ontmoet.

De karakters in kwestie, zij die werkelijk bestaan of bestaan hebben, zullen nooit hun eigenheid kunnen herleiden uit de personages in mijn roman. Natuurlijk niet door de naamgeving maar meer door een mix van eigenschappen, gedrag en eigenaardigheden van diverse personen, die model kunnen staan voor een personage. De ontmoetingen uit het verleden zijn talrijk geweest. Reisde ik lang geleden voor een multinational de wereld rond, in mijn latere carrière heb ik mijn ervaringen gedeeld in het reguliere onderwijs. Meer dan drieduizend leerlingen mocht ik gediplomeerd uitzwaaien. Het intensieve contact tussen docent en leerling biedt meer dan voldoende materiaal van waaruit ik karakters kan boetseren. Binnenkort hoop ik behoudens de roman waaraan ik werk, een klein geschenk boekje uit te geven. Het is een bloemlezing van metaforen en homoniemen in de vorm van hai ku’s waarin onherleidbare karakters en gedrag van personages een hoofdrol spelen.

Voor mijn ‘reguliere’ romans blijf ik lange tijd kneden en schaven aan de persoonlijkheid die ik een rol gun. Los van het plot beschrijf ik een persoon zeer gedetailleerd: het uiterlijk, zijn of haar kennis en opleiding, het gedrag in goede en slechte momenten etc. Op twee A4tjes moet dan zo’n karakter vorm krijgen. Dit kost tijd en geduld. Een extract van eigenschappen, de meest typerend gebruik ik dan in het plot, het verhaal dat ik aan het schrijven ben. De context en omstandigheden kunnen vaak dat personage nog veranderen. De eigenheid verkijk je pas in relatie met je omgeving, zo is het bij het schrijven van een roman ook. Zo wordt de protagonist pas iemand in de context van de omstandigheden en in relatie met de antagonist.

Wat is de titel?

Na het uitkomen van de roman ‘Spinrag’ en een kleine periode van euforie komen de reacties binnen. “Hoeveel is er verkocht? Ben je al weer met een volgende bezig? Wat wordt de titel van je volgende?”Het zijn vragen die liefdevol zijn bedoeld maar echt op de inhoud ingaan … daar is men veelal nog niet aan toegekomen. “Na de vakantie”. Dat is dan wat ik hoor. En ik zie het al voor mij. In het hete zand op het Griekse eiland Kos kun je dan zomaar Spinrag tegenkomen. Of onder neerzijgende regen, hartje Nederland, kamperen bij de boer.

Voor mij een curieuze gedachte, liggend in de zon in een tijd volverwachting. Precies zoals ik mijn tijd doorbreng, in verwachting. De volgende…? Jawel, ik ben aan het werk voor mijn volgende boek. Maar werken betekent voor de meeste buitenstaanders dat je weer een pen op papier zet. Het toetsenbord laat ratelen en de ene zin na de andere op het witte vlak verschijnt. Niets van dat alles. Bij mij gaat het niet zo. Ik zoek inspiratie, een groot woord maar toch. Voor inspiratie heb je ruimte nodig, letterlijk en figuurlijk. Ruimte om je heen en ruimte in je hoofd. Als auteur moet je ruimte bieden om het verhaal te kunnen laten indalen, je te laten inspireren. De spirit moet verbinding maken. En als ik ruimte in mijn hoofd nodig heb, als ik de spirit wil ontmoeten, dan rijd ik naar Moddergat…of-all-places.

Moddergat aan de rand van het wad, vlakbij het Lauwersmeer. Het is slechts een Dijk, een grote drempel, die je over moet gaan zowel letterlijk als figuurlijk. Dan ligt het wad voor je en een lange beloopbare strekdam strekt zich uit tot zo’n twee-en-een-halvekilometer in zee. Daar aan de kop van die strekdam waan ik mij midden op het wad. De golven omsluiten mij en het geluid van meeuwen en scholeksters zijn verstomd omdat de plek te ver van de kust is. Daar op de kop van de strekdam is de ruimte waardoor inspiratie kan stromen. Als brekende golven beukt de inspiratie tegen de binnenkant van mijn hersenpan. Nu gaat het er om… wil ik het opnemen; wil ik het accepteren? Kan mijn ego buigen voor de boodschappen die binnenkomen? Dit is voor mij werken. Dus geen pen op papier, geen rammelend toetsenbord, geen zwart op wit. Het is de wilde wind en het geluid van beukende golven dat mij dwingt tot een volgende stap: niets doen maar laten gebeuren.

Hoera, de nieuwste

En dan is ie er. De nieuwste roman uit mijn oeuvre. Trots, moe en blij tegelijk dat zovelen bij mijn signeersessie aanwezig waren: oude bekenden, jonge mensen en natuurlijk familie. Zij ondernamen allemaal een lange reis om naar de drukke Utrechtse binnenstad te komen en in galerie Waterbolk mijn roman in ontvangst te nemen. 

En dan gaat daar mijn ‘kindje’, waar ik meer dan een jaar aan gewerkt heb en waarvan sommige teksten al twintig jaar lagen te wachten op dat ene moment. Het was het juiste moment om het daglicht te kunnen zien. Op zo’n moment denk je alleen maar aan al die mensen die eraan hebben meegewerkt. De uitgever, de drukker, de meelezers, de redactrice, de illustratrice, de opmaker. En vooral niet te vergeten de docenten die soms lang geleden, soms kort geleden, de schrijftechniek en de filosofische inspiratie en motivatie verschaften. Velen vragen zich af waarom ik in een romanvorm een levensbeschouwelijke tekst verpak. Ik moet eerlijk bekennen dat juist deze wijze van schrijven mij het meeste ligt. Anderen en-passant iets zinnigs meegeven waar ze hopelijk wat aan hebben.

De hoofdpersoon in het boek bekent op een gegeven moment dat hij begaan is. Het iets zinnigs meegeven en dat begaan zijn, liggen in elkaars verlengde. Hoewel ik uitsluitend de locaties als autobiografische input heb gebruikt, sijpelen de filosofische en spirituele zienswijze langzaam in de teksten door. Dat is het lot van een auteur, een geschreven tekst staat nooit los van ’t brein-van-het-hart.

Het proces, deel 6

Er is inmiddels veel werk verzet door de uitgever en de drukkerij. De opmaak is klaar, de cover is ontworpen mede dank zij de illustratieve bijdrage van Elly van den Hout. Nog even een up-date? De inhoud van mijn nieuwe roman heeft als inspiratiebron gediend voor de expositie van kunstcollectief CALL5. De uitnodigingen zijn inmiddels de deur al uit, heb ik begrepen. Misschien heb jij ook al zo’n uitnodiging ontvangen en gelezen wat de titel van mijn filosofisch getinte roman is. SPINRAG is een titel die associeert met spinnen en spinnenwebben. Echter spinrag zie je ook wel eens 

aan het plafond hangen, bij voorkeur bij anderen… draden van smerige vuiligheid. Wellicht kun je doorzien dat mijn filosofische betoog meer het figuurlijke achter SPINRAG zoekt. In het hoofd, in de geest… daarkan ook SPINRAG ontstaan. Zo is in deze spannende roman, met enige humoristische passages, een knipoog naar de stem van het hart. Het is de lokroep van Sirenes die de hoofdpersoon niet kan weerstaan en op onderzoek uitgaat. Op donderdag 24 juni 2021 werden de eerste exemplaren van deze roman verkrijgbaar. Tijdens de expositie van het kunstenaarscollectief (22-27 juni 10-18 uur) was ikzelf aanwezig. De signeersessie was van 15-18 uur. Ruim voor die tijd is een officiële aankondiging getoond en vooral ook kon men persoonlijk kennismaken. De samenvatting van de inhoud, zoals die op de achterflap te lezen is werd gretig bestudeerd. Kortom het was een succes en dat voor een filosofisch getinte roman met meeslepende zoektochten en een adembenemende apotheose die staat voor humor, spanning en verdieping.

 

Het proces, deel 5

Het is berenspannend! De tijd begint nu toch te dringen. De beeldend kunstenaars zijn bezig hun werk voor de expositie af te ronden terwijl ik nog steeds wacht op een definitief ‘Go’, wat de roman betreft. Het blijft een bijzondere gebeurtenis als een roman tegelijkertijd met een kunstexpositie gelanceerd wordt. Temeer daar het, door de kunstenaars gekozen werkthema, de titel van de roman is. 

De redactrice heeft inmiddels haar licht erover laten schijnen en nu is het aan de vormgeving en keuze te maken. Wordt het in de lijn van het eerder uitgegeven oeuvre of staat het boek op zichzelf en vraagt het om een geheel andere uittingsvorm?In de Hermetische filosofie, hetgeen ook nog eens bevestigd wordt in het boek van Marjade Vries (De gehele olifant in beeld), speelt frequentie een belangrijke rol. Alles bestaat uit frequenties en zo ook de dingen om ons heen. Mijn nieuwe roman heeft ook zo zijn eigen frequentie-patroon, zijn eigen trilling. Om een harmonische klank te vinden die past bij de inhoud en wat de uitingsvorm van de cover mag zijn, moet een buitennatuurlijke weg belopen worden. Nu hoor ik je al zeggen: Wat bedoel je? Voor mij vraagt elke uitingsvorm een moment van stilte, een moment van aandachtgerichte intentie. Dat is met het schrijven zo en dat is ook met de keuze van cover en achterflap. Wellicht dat jij een andere methode gevonden hebt, mijn methode om naar binnen te gaan is stilte. Zoals mijn eerdere roman ‘Fluistering op de stilte’ al aangaf is dit de methode die mij het meeste ligt en die een bron aanboort welke ik in het alledaagse niet kan verstaan.

Het proces deel 4

… Inmiddels glibberen en glijden wij nog steeds op weg naar de bron bij de klooster-kathedraal totdat onze aandacht getrokken wordt door Byzantijns gezang. De sonore klanken trekken ons uit het gedoe van deze dag, vergeten even de afspraak met Yoeri en staan verbaasd over de devotie van de horigen …

De redactie heeft gelukkig deze zin niet uit het manuscript geschrapt. De ontmoeting in Sergiev Posad bij de klooster-kathedraal, heeft een sleutelpositie in de roman. Stijl en taal zijn door de redactrice schoongewassen en de typefouten, die door spontaniteit zijn ontstaan, liggen inmiddels in de kliko. De volgende fase gaat nu in. De uitgever laat z’n licht er nog eens over schijnen waarna de vormgeving op zich wacht. Een belangrijk moment is dan de keuze van de cover die moet toch de lading van de inhoud dekken, vragen oproepen en de lezer attent maken op een bijzondere inhoud. En wat te denken van de keuze in typografie, de memes, een eventuele lemma en ga zo maar door. Er zijn nog tal van beslissingen tenemen voordat de drukker in beeld komt. 

En zo glijden we van de ene corona-maand in de andere, waarin ik verrassend genoeg binnen allerhande kaders ook veel vrijheden ervaar, met daarbij het vertrouwen dat eind juni 2021 de boek-presentatie Bij galerie Waterbolk te Utrecht haalbaar blijft.

Het proces, deel 3

Inmiddels is het volgende manuscript al bekeken door meelezers. Intensief zijn ze er mee omgegaan en hebben het boek nagenoeg in een stuk uitgelezen. Het is heel spannend om je nieuwe manuscript uit handen te geven ter beoordeling aan degene die een eerlijke visie laten horen. Te meer als je zoiets naar een meelezer opstuurt en het gehele manuscript raakt bij post.nl kwijt. Oh ja, natuurlijk een track & trace code en daarvoor moest meer betaald worden, maar weg is weg en post.nl zong: “mijn naam is haas, ik weet van niks…” 

Schrijven vanuit intuïtie en gevoel betekent dat zorgvuldigheid pas later aan de orde is. Een eerste versie vertoont daarom meestal zoveel stijlfouten, dat soms de moed in de schoenen zinkt. Dan is het de discipline om regel voor regel en punt voor punt de tekst te herwaarderen. Juist de meelezers zijn dan waardevolle schakels in de gehele keten aangezien zij de toekomstige lezer vertegenwoordigen. Loopt een tekst lekker, past het ritme in het verhaal en is de tone-of-voice verstaanbaar. Zoals een cabaretier een try-out doet, zo dragen meelezers bij aan het toekomstig succes van het boek. 

En dan komt het manuscript weer ’thuis’, vol van rood gekleurde onderstrepingen en vragen waar er iets aan schort. Een verduidelijking of te lange zin. Ook wordt er gelukkig wel een klop op de schouder gegeven. Dat motiveert om de boel nog eens kritisch te bekijken en eventueel om te gooien. Een enkele bravo heb ik ook al mogen incasseren.

Als laatste controle kan ik daarna de hoofdstukkenstructuur nog even doornemen. Dan krijgt nu de redactrice het in handen en volgt er nog een lange weg van bijschaven. Kortom, voordat het nieuwe filosofisch getinte boek, een met licht psychiatrische ondertoon, in juni gepresenteerd wordt zal het nog door vele handen gaan.

Het proces, deel 2

Hoe mijn volgende roman ontstaan is, blijft een bijzonder verhaal. Voor inspiratie ga ik meestal een wandeling maken. De paden op het Dwingelderveld of het Blauwe meer zijn de plaatsen om mijn hoofd leeg te maken en ruimte te scheppen voor indalende inspiratie. Een aantal ideeën lag al heel lang op de plank. Maar inspiratie voor een totaal boek is toch even wat anders, dus ik moest aan de wandel. Het was voor mij een zoektocht om een manier te beschrijven waarin een groep intellectuelen een poging doet om wereldwijd vrede te stichten. Het gevecht met waarheid en werkelijkheid en ‘show do’nt tell’ is een steeds terugkerende energievreter. Helaas was er in het begin 2020 een obstakel. Nog voordat de coronacrisis op ons land vat kreeg, had de pijl van Apollo mij geraakt en mijn zwakke plek bloot gelegd. Van wandelen was dus een half jaar geen sprake meer. Mediteren achter de computer, iPad of schrijfblok is dan een andere optie waardoor ruimte ontstaat. Al is inspiratie een van de belangrijkste dingen voor een creatieve geest, onderzoek om fictie en non-fictie te scheiden is voor een auteur van levensbelang. Te meer daar altijd wel enige autobiografische ingrediënten meespelen.

Voordat ik tot een – voor mij – volwaardige roman kom, is er natuurlijk veel tijd van onderzoek aan voorafgegaan. Dat lukt je niet tijdens een Drentse wandeling. Voor jou is het wellicht leuk te weten dat de prilste aanvang van mijn toekomstige roman al rond het millennium is ontstaan. Ja echt, dat is twintig jaar geleden. Dit betekent niet dat het een belegen werk wordt, in tegendeel. Op dit moment is de hoofdpersoon in het plot, bezig met een zoektocht naar de achtergrond van de antagonist. Deze tegenspeler is een zonderlinge man die veel verschillende bijnamen heeft. Doordat ik deze zoektocht gedeeltelijk zelf heb afgelegd zowel letterlijk als figuurlijk vormt dit een licht autobiografische lijn in het verhaal. Dat naast de filosofische insteek, ook een sterk psychologisch perspectief wordt geschetst, maakt m.i. het verhaal nog aantrekkelijker. Enfin, research en een tipje van de sluier…

Nou, ben ik geen antroposoof maar de herkomst vinden van een dergelijke bijzondere architectuur zoals afgebeeld en ook nog kleur voelen, wat mij was aangeraden, daar wilde ik natuurlijk meer van weten. Net buiten Bazel – Zwitserland ligt in het dorpje Dornach het Goetheanum. Het dorpje ligt zo’n tien kilometer ten zuiden van Bazel. Daar vond een gedeelte van mijn onderzoek plaats. Een machtig prachtige plek om te bezoeken. Dat is zeker een vinkje op je bucketlijst waard. … www.dornach.ch dus! Een echte aanrader als we weer buitengaats mogen! En vrede stichten… daar gaan we het een volgend keer over hebben.

Het proces, deel 1

Hoe mijn volgende roman ontstaan is, blijft een bijzonder verhaal. Voor inspiratie ga ik meestal een wandeling maken. De paden op het Dwingelderveld of het Blauwe meer zijn de plaatsen om mijn hoofd leeg te maken en ruimte te scheppen voor indalende inspiratie. Een aantal ideeën lag al heel lang op de plank. Maar inspiratie voor een totaal boek is toch even wat anders, dus ik moest aan de wandel. Het was voor mij een zoektocht om een manier te beschrijven waarin een groep intellectuelen een poging doet om wereldwijd vrede te stichten. Het gevecht met waarheid en werkelijkheid en ‘show do’nt tell’ is een steeds terugkerende energievreter. Helaas was er in het begin 2020 een obstakel. Nog voordat de coronacrisis op ons land vat kreeg, had de pijl van Apollo mij geraakt en mijn zwakke plek bloot gelegd. Van wandelen was dus een half jaar geen sprake meer. Mediteren achter de computer, iPad of schrijfblok is dan een andere optie waardoor ruimte ontstaat. Al is inspiratie een van de belangrijkste dingen voor een creatieve geest, onderzoek om fictie en non-fictie te scheiden is voor een auteur van levensbelang. Te meer daar altijd wel enige autobiografische ingrediënten meespelen.

Voordat ik tot een – voor mij – volwaardige roman kom, is er natuurlijk veel tijd van onderzoek aan voorafgegaan. Dat lukt je niet tijdens een Drentse wandeling. Voor jou is het wellicht leuk te weten dat de prilste aanvang van mijn toekomstige roman al rond het millennium is ontstaan. Ja echt, dat is twintig jaar geleden. Dit betekent niet dat het een belegen werk wordt, in tegendeel. Op dit moment is de hoofdpersoon in het plot, bezig met een zoektocht naar de achtergrond van de antagonist. Deze tegenspeler is een zonderlinge man die veel verschillende bijnamen heeft. Doordat ik deze zoektocht gedeeltelijk zelf heb afgelegd zowel letterlijk als figuurlijk vormt dit een licht autobiografische lijn in het verhaal. Dat naast de filosofische insteek, ook een sterk psychologisch perspectief wordt geschetst, maakt m.i. het verhaal nog aantrekkelijker. Enfin, research en een tipje van de sluier…

Nou, ben ik geen antroposoof maar de herkomst vinden van een dergelijke bijzondere architectuur zoals afgebeeld en ook nog kleur voelen, wat mij was aangeraden, daar wilde ik natuurlijk meer van weten. Net buiten Bazel – Zwitserland ligt in het dorpje Dornach het Goetheanum. Het dorpje ligt zo’n tien kilometer ten zuiden van Bazel. Daar vond een gedeelte van mijn onderzoek plaats. Een machtig prachtige plek om te bezoeken. Dat is zeker een vinkje op je bucketlijst waard. … www.dornach.ch dus! Een echte aanrader als we weer buitengaats mogen! En vrede stichten… daar gaan we het een volgend keer over hebben.