Karakter in kleur

Mijn nieuwe roman ‘Wakke Worre’ inspireerde om het karakter van de fictieve figuren in vorm en kleur te zetten. Door de gelaagdheden en de verschillende psychische en psychotische gedragingen van zowel hoofdpersonen als figuranten leek mij dit een meerwaarde. Let wel, het gaat er niet om zo’n fictief persoon figuurlijk af te beelden. Het is ’t ontdekken van een abstracte vorm en kleur in het karakter.
Voor elf karakters in mijn nieuwe roman zocht ik een kleurrijk leven. Wees creatief, zet het karakter eens om in vorm en kleur. Hoe beeld ik dan zo’n fictief karakter uit? Kijk ik naar de uiterlijke kenmerken en wat zeggen die dan over het innerlijk? Ga ik in gesprek met zo’n fictief iemand en stel ik deze persoon levensvragen? Welke vorm geef ik aan fictie-figuren die ikzelf heb bedacht? Wat moet ik met gefingeerde karakters? Zijn het wellicht projecties van mensen die ik ken of gekend heb of zijn ‘t bespiegelingen van mijzelf?

Wakke Worre vertelt het dramatische verhaal van drie broers, rozenkwekers, en wetenschapsjournaliste Merel. Een van de broers, Wiebe, valt op door zijn mededogen wat er gebeurt met zijn broer Tjerk. Diepgaande gesprekken beuren Tjerk op, juist als hij dat nodig heeft en verdwaasd op zijn zitzak zit in de rozenkas die hij de glasbak noemt. En dat terwijl Wiebe zelf beperkt is door een val op jonge leeftijd. Zijn enkel is voorgoed verknalt en hij loopt mank. Toch blijft hij een drijvende kracht achter de rozenkwekerij. Wiebe is zo’n persoon die zich niet opdringt, wel vragen stelt, maar niet zijn eigen ervaringen en ellende wil tentoonspreiden. Hij kan voor anderen begrip opbrengen, is impulsief en gauw blij, soms euforisch. Ik heb Wiebe als eerste willen illustreren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *